Levend begraven

27 mei 2017 - Beppu, Japan

De reis van Huis ten Bosch naar Beppu begint, uiteraard, met een mooie oranje trein. Weer terug naar Fukuoka. Daar even snel wat lekkers halen bij de Trandor en dan in de trein, de Sonic 25, naar Beppu.

Na een paar stations staat iedereen op, kennelijk gaan we na dit station de andere kant op rijden en dan moet je de stoel omdraaien. Jaja, je zit in de treinen 2 aan 2, maar met een hendel kan je deze omdraaien, zodat je altijd vooruit rijdt. Tja, als 1 iemand draait, draai je mee, want anders zit je ineens in een vierzit, zoals in NL.

Weer aangekomen in een nieuwe plaats, dus weer even orienteren en de richting bepalen van waar onze overnachting is. Ook nu maar 10 min lopen. We vallen wel op met de grote rugtassen.

Al gauw komen we aan in onze ryokan, een traditioneel Japans huis. Ons appartement heeft van die rijstpapieren schuifdeuren. De vloer zijn tatami matten en daar ligt ook een matrasje op. Dus slapen op een futon. Geen douche, want daarvoor hebben ze hier de onsen. Beppu is het spa gebied, met vele borrelende poelen en dus ook veel spa's. Onze ryokan is er al sinds 1938 en we reserveren de onsen twee avonden om 22 uur.

Beppu ligt aan de kust, dus lekker langs het strand wandelen. Eten in een sushitent. Daar bestel je digitaal en komt er een treintje langs om het te brengen. Met een druk op de knop stuur je de trein weer terug. Een uur badderen in onze onsen en slapen maar.

De dag erna een buskaart geregeld. Nu een route langs de 7 hells (jigoku). Een onsen is om in te badderen, een jigoku is hetzelfde, maar dan alleen om naar te kijken. Er is er een die is rood, een groene, eentje waar ze krokodillen kweken, eentje waar ze eieren en andere zaken op gaar stomen. We proberen van alles.

In dit land is het eten kennelijk licht verteerbaar, altijd trek, dus lunchen maar. Gisteren was dat bij een willekeurig tentje, waar we wat bestelden, ditmaal lukt het niet, of te druk of te lang wachten. Dan maar een broodje van de super...

Terug naar de kust, naar het badhuis waar je je kan laten begraven onder heet lavazand. Gewoon doen. Engels spreken ze hier niet, en we weten nu waarom: Japan heeft alles, dus is er geen noodzaak voor Japanners om Engels te leren. Er wonen ook niet veel buitenlanders. Maar, belangrijker, een Japanner moet alles goed doen. Niet goed betekende vroeger harakiri plegen. Ofwel: half Engels is geen Engels. Wel lastig, zo nu en dan.

Dan het zandbad: we krijgen wat bonnetjes, maar zijn nog niet aam de beurt. Als het zo ver is, krijgen we een kimono. Naar de mannen of vrouwenkleedkamer dan maar. Alles uit, kimono aan en naar buiten.

Dan mag je in het zand liggen em bedelven ze je onder nattig warm lavazand. Een comfortabel houtblok onder het hoofd. Heerlijk kwartiertje liggen surfen. En dan, naar de douche. Kimono uit zand wegspoelen. Adam bij de adammen en Eva, etc. Gek, loop je ineens tussen een zooi blote Japanse kerels. Je mag daarna de spa in, maar ik geloof het wel. Aankleden maar, oh ja, geen handdoek.....

Onderweg naar hotel nog even biertje gedaan. Buiten eten em drinken kan of mag hier niet kennelijk. Dus helaas geen terrasjes.

Dan diner: ToyoSune. Een topper. Weer op de grond zitten aan minitafels, geen toerist te zien en wat een prachtige gerechten weer. Eten in Japan is echt top en hoeft ook niet duur te zijn. Beppu is tempuraland, dus veel vis in tempura. Genieten.

Voordat we de onsen weer in gaan, nog snel even ergens koffie met taart en een drankje. Lekker hoor.

Foto’s

1 Reactie

  1. Frans Dijkstra:
    28 mei 2017
    Dat omdraaien van de zitplaatsen gebeurde vroeger in de Haagse trams ook. Lijn 3 had op de Kwartellaan een keerlus, maar bij het andere eindpunt, station Staatsspoor (tegenwoordig Den Haag Centraal) liep de conducteur door het middenpad van voor naar achter en trok met beide armen de rugleuningen van de banken mee. Later kwamen er PCC-cars, die maar in één richting reden. Toen kwam er in de Rijnstraat een kleine aftakking waardoor de tram bij Staatsspoor kon keren.